Vogellanden logo
Navigatie overslaan
  • App
  • Mijn Vogellanden
    • Over Mijn Vogellanden
    • Inloggen Mijn Vogellanden
    • Portaal Mijn Vogellanden
    • Veelgestelde vragen
  • Organisatie
    • Nieuws
      • Nieuwsarchief
    • Agenda
    • Over Vogellanden
      • Missie, visie, kernwaarden
      • Organogram
      • Bestuur en adviesorganen
        • Medische Staf
        • Cliëntenraad
        • Ondernemingsraad
      • Jaarverslagen
    • Onderzoek & innovatie
    • Kwaliteit & veiligheid
      • Behandelovereenkomst
      • Huisregels
      • Privacyverklaring
    • Klachtenregeling
    • Beleeftuin Buiten Zinnig
  • Opleiding
    • Opbouw opleiding
    • Kenmerken Revalidatiegeneeskunde Zwolle
    • Etalagestage
  • Werken bij
  • Contact & adres
    • Route Vogellanden
 
U bevindt zich hier:  Centrum voor Revalidatie en Bijzondere Tandheelkunde >  Volwassenenrevalidatie >  Cliënt >  Diagnoses >  Beenamputatie >  Oefeningen na een knie-exarticulatie of bovenbeenamputatie
Lees voor
Vergroot tekst Verklein tekst
Volwassenenrevalidatie Kinderrevalidatie Bijzondere tandheelkunde Prevalidatie
Navigatie overslaan
  • Cliënt
    • Diagnoses
      • Afasie
        • Spraak muziek therapie voor afasiepatiënten
        • Het afasieteam
      • Spierziekten (ALS, PSMA, PLS)
        • Controleronde spierziekte
        • Partnerbijeenkomsten ALS
      • Beenamputatie
        • Begrippenlijst
        • Dagbesteding en werk
        • De Zwolse Isala Prothese ZIP
        • Fantoomsensatie
        • Gebruik van een beenprothese
        • Het belang van bewegen na een amputatie
        • Leven na een beenamputatie
        • Postoperatieve zorg
        • Prothesetechniek
        • Schoenen voor beenprothesedragers
        • Liners
        • Stompverzorging
        • Spierverkortingen voorkomen
        • Spiegeltherapie
        • Oefeningen na een onderbeenamputatie
        • Oefeningen na een knie-exarticulatie of bovenbeenamputatie
        • Voorzieningen en aanpassingen
        • Zwachtelen
      • Beroerte (CVA)
        • Fysiotherapie na een beroerte
        • Fitstrokegroep
        • Constraint Induced Movement Therapy (mCIMT)
      • Cerebrale Parese
      • Chronische pijnrevalidatie
      • Dwarslaesie
      • Handrevalidatie
        • armprothese
      • Multiple Sclerose (MS)
        • Omgaan met vermoeidheid bij Multiple Sclerose
      • Multitrauma
      • Neuromusculaire aandoeningen (NMA)
      • Neuropsychologische revalidatie
      • Traumatisch hersenletsel
        • Netwerkbijeenkomsten
        • Omgaan met de gevolgen van NAH
        • Omgaan met prikkelbaar gedrag na hersenletsel
        • Meeloopdag voor kinderen
        • Behandeling traumatisch hersenletsel in kliniek
        • Partnergroep cognitieve revalidatie
        • Neuropsychologisch onderzoek
        • Omgaan met geheugenproblemen
        • Behandeling inzichtsproblematiek
      • Oncologische revalidatie
    • Specialisten & behandelaren
      • Revalidatieartsen en arts assistenten
      • Activiteitentherapeuten
      • Arbeidsconsulenten
      • Ergotherapeuten
      • Fysiotherapeuten
      • Geestelijk verzorger
      • Logopedisten
      • Maatschappelijk werkers
      • Psychologen
      • Psychomotorische therapeuten
      • Specialistische verpleegkundigen
    • Dagbehandeling
    • Opname in Vogellanden
    • Vogellanden Arbeidsrevalidatie
    • Ervaringsverhalen
    • Faciliteiten
    • Toegangstijden
    • Vergoeding revalidatie
  • Verwijzer
    • Verwijsprocedure
    • Toegangstijden
 

Oefeningen na een knie-exarticulatie of bovenbeenamputatie (zonder prothese)

Bij het leren lopen met een prothese zijn mobiliteit, lenigheid en spierkracht belangrijk. Een bewegingsbeperking beïnvloedt de kwaliteit van het staan of lopen negatief. Hier leest u welke oefeningen u kunt doen om uw lenigheid en spierkracht te behouden of te verbeteren. Wilt u meer over contractuur lezen? Dan kunt u de pagina spierverkortingen raadplegen. We omschrijven oefeningen die u zonder de prothese kunt doen. De fysiotherapeut overlegt met u welke oefeningen u uitvoert. Deze worden aangekruist in het vakje bij de oefening.

Informatie vooraf

Liner, elastische kous of zwachtel om?

Tenzij uw fysiotherapie anders aangeeft, kunt u de oefeningen uitvoeren zonder de liner, elastische kous of zwachtel om te hebben.

Doel van de oefeningen

Om met prothese goed te kunnen functioneren, heeft u voldoende spierkracht, lenigheid en spiercoördinatie nodig. De oefeningen die u gaat doen, helpen u vooral bij het staan en lopen.

Oefenintensiteit

Oefeningen zijn niet het doel op zich, maar een middel om het doel te bereiken. Het gaat niet om het afwerken van een schema. Bewuste aandacht bij de oefeningen, gericht op een gecontroleerde beweging, is belangrijk. Het is niet de bedoeling om alle oefeningen in één keer achter elkaar uit te voeren. Het is beter om weinig oefeningen goed uit te voeren, dan veel oefeningen met een mindere kwaliteit van bewegen.

Variatie

Probeer ook te variëren in de oefeningen. De training is het meest effectief als het lichaam gevarieerde prikkels krijgt. Als u zich goed voelt, kunt u een oefening zwaarder maken. Bent u moe, of gaat het om een andere reden niet goed, dan neemt u een lichtere oefening of herhaalt u de oefening minder vaak. De kracht van de oefening ligt in de variatie.

Rustmomenten

Neem voldoende rustmomenten tussen de oefeningen. Zorg ook voor voldoende rust overdag. Tijdens de rustmomenten kan het lichaam de trainingsprikkel verwerken. Het lichaam zorgt in die momenten voor aanpassing aan de gegeven prikkel, waardoor het lichaam sterker wordt.

Waar oefenen

U kunt de meeste oefeningen uitvoeren op bed. Het kan zijn dat het matras voor sommige oefeningen te zacht is. U kunt de oefeningen dan uitvoeren op een matje op de grond. Als u opgenomen bent in het revalidatiecentrum kunt u gebruik maken van een oefenbank op de afdeling fysiotherapie, mits deze vrij is. We vinden het belangrijk om hierbij te vermelden dat een behandeling fysiotherapie voorrang heeft op het zelfstandig trainen.

Oefenen van het niet-geamputeerde been

Alle oefeningen in deze folder zijn oefeningen beschreven voor het geamputeerde been. U kunt alle oefeningen ook doen voor het niet-geamputeerde been.

Oefeningen voor de mobiliteit en lenigheid

Buiging van de heup

tl_files/content_resources/images/Amputatie/bovenbeenamp1.jpg

  • U ligt op uw rug en uw benen zijn gestrekt.
  • Breng uw geamputeerde been zo ver mogelijk naar uw borst.
  • Zorg dat uw niet geamputeerde been zoveel mogelijk op de grond blijft liggen.
  • Houd dit vijf seconden vast.
  • Laat weer los en ontspan de spieren.
  • Herhaal deze oefening tien keer.

Rek spieren binnenzijde van het been

tl_files/content_resources/images/Amputatie/bovenbeenamp2.jpg

  • U ligt op uw rug en uw benen zijn gestrekt.
  • Spreid het geamputeerde been zo ver mogelijk. Draai het been niet naar buiten toe.
  • Let er op dat u het been niet optilt, maar dat het op het matras blijf liggen.
  • U kunt een rekgevoel ervaren aan de binnenzijde van de lies.
  • Houd dit vijf seconden vast.
  • Laat weer los en ontspan de spieren..
  • Herhaal deze oefening tien keer.

Rek spieren voorzijde van de lies

tl_files/content_resources/images/Amputatie/bovenbeenamp3.jpg

  • U ligt op uw buik en uw benen zijn gestrekt.
  • Uw hoofd is gedraaid naar de niet-geamputeerde zijde.
  • Hef het geamputeerde been ver mogelijk op. Let daarbij op dat u niet wegdraait met uw romp. Uw bekken blijft zoveel mogelijk op de grond liggen.
  • Houd dit vijf seconden vast.
  • Laat weer los en ontspan de spieren.
  • Herhaal deze oefening tien keer.

Mogelijke variatie:

  • Leg een opgerolde handdoek onder het uiteinde van de stomp.

Oefeningen voor de spierkracht

De oefeningen zijn beschreven voor het geamputeerde been. Het is echter belangrijk om deze oefeningen voor spierkracht ook het niet- geamputeerde been te trainen. Voer de oefening dus ook uit met het niet geamputeerde been.

Grote bilspier en rompspieren

tl_files/content_resources/images/Amputatie/bovenbeenamp4.jpgtl_files/content_resources/images/Amputatie/bovenbeenamp5.jpg

  • Ga staan op handen en knie.
  • Strek het geamputeerde been recht naar achteren.
  • Buig vervolgens het geamputeerde been naar de borst.
  • In een rustig tempo beweegt u het been afwisselend naar voren en naar achteren.
  • Houd het bekken zo stil mogelijk, zodat uw bekken niet meedraait.
  • Herhaal deze oefening totdat u vermoeidheid voelt.

Kleine bilspier en rompspieren

tl_files/content_resources/images/Amputatie/bovenbeenamp6.jpg

  • Ga staan op handen en knie.
  • Hef het geamputeerde been zo ver mogelijk zijwaarts.
  • Breng daarna het geamputeerde been naar de elleboog aan de tegenoverliggende zijde (het rechter been beweegt bijvoorbeeld naar de linker elleboog).
  • In een rustig tempo beweegt u het been afwisselend naar opzij en naar de tegenoverliggende elleboog.
  • Herhaal deze oefening totdat u vermoeidheid voelt.

Grote bilspier en rugspier

tl_files/content_resources/images/Amputatie/bovenbeenamp7.jpg

  • U ligt op uw rug. Zet uw niet-geamputeerde been gebogen neer.
  • U tilt uw bekken op en maakt een bruggetje.
  • Strek tegelijkertijd uw geamputeerde been naar voren. Uw benen blijven naast elkaar, waarbij ze elkaar niet aanraken.  
  • Houd het bekken vijf seconde geheven.
  • Ontspan en leg het bekken weer neer.
  • Voer deze oefening uit in een rustig tempo.
  • Herhaal deze oefening totdat u vermoeidheid voelt.

 Mogelijke variatie:

  • Strek uw armen omhoog. U kunt zo geen steun meer nemen met de ellebogen.

Grote bilspier en rugspier

tl_files/content_resources/images/Amputatie/bovenbeenamp8.jpg

  • U ligt op uw rug. Zet uw niet-geamputeerde been iets gebogen neer.
  • Het uiteinde van uw geamputeerde been steunt op één of twee stevig opgerolde handdoeken.
  • U tilt uw bekken op door af te zetten met uw beide benen, waardoor u een bruggetje maakt.
  • Uw benen raken elkaar daarbij niet.
  • Houd het bekken vijf seconde geheven.
  • Ontspan en leg het bekken weer neer.
  • Voer deze oefening uit in een rustig tempo.
  • Herhaal deze oefening totdat u vermoeidheid voelt.

Mogelijke variatie:

  • Til uw niet-geamputeerde been op nadat u uw bekken geheven heeft. U steunt nu, bij het maken van het bruggetje, alleen op uw geamputeerde been.

Beenspier voorzijde en buikspieren

tl_files/content_resources/images/Amputatie/bovenbeenamp9.jpg

  • U ligt op uw buik en uw benen zijn gestrekt.
  • Leg een stevig opgerolde handdoek onder het uiteinde de stomp.
  • Laat het niet-geamputeerde been op de onderlaag rusten.
  • Duw de stomp zo hard mogelijk in de onderlaag. Uw bekken mag daarbij iets omhoog komen.
  • Druk het been vijf seconde in de onderlaag.
  • Ontspan vervolgens.
  • Voer deze oefening uit in een rustig tempo.
  • Herhaal deze oefening totdat u vermoeidheid voelt.

Mogelijke variatie:

  • Til bij deze oefening ook uw niet-geamputeerde been op. U steunt nu alleen op uw geamputeerde been.

Beenspier binnenzijde

tl_files/content_resources/images/Amputatie/bovenbeenamp10.jpg

  • U ligt op uw geamputeerde zijde.
  • U buigt het niet-geamputeerde been naar de borst.
  • Het geamputeerde been strekt u naar achteren.
  • Vervolgens heft u het geamputeerde been.
  • Houd het been vijf seconde geheven.
  • Ontspan en leg het geamputeerde been weer neer.
  • Voer deze oefening uit in een rustig tempo.
  • Herhaal deze oefening totdat u vermoeidheid voelt.

Heupspieren en rompspieren

tl_files/content_resources/images/Amputatie/bovenbeenamp11.jpg

  • U ligt op uw niet-geamputeerde zijde.
  • Buig het niet-geamputeerde been naar de borst.
  • Til uw geamputeerde been op totdat hij op dezelfde hoogte is als uw heup.
  • Vervolgens maakt u een fietsbeweging met het geamputeerde been.
  • Maak daarbij een zo groot mogelijke slag.
  • Herhaal deze oefening totdat u vermoeidheid voelt.

Rugspieren

tl_files/content_resources/images/Amputatie/bovenbeenamp12.jpg

  • U ligt op uw buik.
  • Leg uw armen langs uw hoofd omhoog.
  • Til nu afwisselend op en strek vervolgens uit:
  1. -       Uw linker arm.
  2. -       Uw rechter arm.
  3. -       Uw linker been.
  4. -       Uw rechter been.
  5. -       Uw linker arm en rechter been tegelijkertijd.
  6. -       Uw rechter arm en linker been tegelijkertijd.
  • Herhaal deze oefening tot u vermoeidheid voelt.

Buikspieren

tl_files/content_resources/images/Amputatie/bovenbeenamp13.jpg

  • U ligt op uw rug.
  • U legt uw armen naast u neer.
  • Maak met beide benen tegelijkertijd een fietsbeweging.
  • Zorg dat uw onderrug goed op het matras blijft liggen.
  • U kunt de oefening zwaarder maken door de benen verder naar voren te strekken.
  • Herhaal deze oefening totdat u vermoeidheid voelt.

Armspieren

tl_files/content_resources/images/Amputatie/bovenbeenamp14.jpg 

  • U zit in een stoel met stevige armleuningen.
  • U steunt met uw handen op de stoelleuning en met uw voet op de grond.
  • U duwt uzelf met de handen omhoog uit de stoel, zodat u bijna tot stand komt.
  • Ga vervolgens weer zitten.
  • Bij deze oefening haalt u de kracht zoveel mogelijk uit uw armen; u doet zo min mogelijk met uw been.
  • Herhaal deze oefening totdat u vermoeidheid voelt.

Beenspieren

 tl_files/content_resources/images/Amputatie/bovenbeenamp15.jpg

  • U zit in een stoel.
  • Kom tot stand uit de stoel, waarbij u zo min mogelijk uw armen gebruikt.
  • Bij deze oefening haalt u de kracht zoveel mogelijk uit het been; u doet zo min mogelijk met uw armen.
  • Herhaal deze oefening totdat u vermoeidheid voelt.

tl_files/content_resources/images/Amputatie/bovenbeenamp16.jpg 

  • Kom tot stand bij een tafel of bij een stoel.
  • Probeer uw balans te handhaven terwijl u op één been staat.
  • U blijft maximaal vijftien seconden staan; daarna gaat u weer zitten.

Oefeningen voor de spierkracht met de elastische band (Dynaband)

Kleine bilspier

tl_files/content_resources/images/Amputatie/bovenbeenamp17.jpg

  • U ligt op uw buik.
  • Het elastiek heeft u ter hoogte van uw beide bovenbenen.
  • Spreid het been zijwaarts.
  • Houd het been vijf seconde gespreid.
  • Ontspan.
  • Voer deze oefening uit in een rustig tempo.
  • Herhaal deze oefening totdat u vermoeidheid voelt. 

Mogelijke variatie:

tl_files/content_resources/images/Amputatie/bovenbeenamp18.jpg

  • Mocht het liggen op uw buik voor u niet goed vol te houden zijn, dan kunt u deze oefening ook uitvoeren wanneer u op uw rug ligt.

Beenspier voorzijde

tl_files/content_resources/images/Amputatie/bovenbeenamp19.jpg

  • U ligt op uw rug.
  • Het elastiek heeft u ter hoogte van uw beide bovenbenen.
  • Buig uw geamputeerde been naar uw borst.
  • Houd het been vijf seconde gebogen.
  • Ontspan vervolgens.
  • Voer deze oefening uit in een rustig tempo.
  • Herhaal deze oefening totdat u vermoeidheid voelt.

Het kan zijn dat het elastiek bij deze oefening niet goed op de plaats blijft zitten. U kunt ook uw niet-geamputeerde been optillen en uw geamputeerde been stil op het matras laten liggen.

Grote bilspier

tl_files/content_resources/images/Amputatie/bovenbeenamp20.jpg

  • U ligt op uw buik.
  • Het elastiek heeft u ter hoogte van uw beide bovenbenen.
  • Hef het geamputeerde been omhoog.
  • Houd het been vijf seconde geheven.
  • Ontspan vervolgens.
  • Voer deze oefening uit in een rustig tempo.
  • Herhaal deze oefening totdat u vermoeidheid voelt.

U kunt ook uw niet-geamputeerde been optillen en uw geamputeerde been stil op het matras laten liggen.

Contact

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen of wilt u meer weten? Neem dan contact op met Vogellanden, via (038) 498 11 11 of info@vogellanden.nl.

Heeft u binnenkort een afspraak? Dan vindt u de tijd en plaats waar u wordt verwacht in uw afspraakbevestiging. Bent u verhinderd? Neem dan zo snel mogelijk telefonisch contact met ons op om een nieuwe afspraak te maken.

Cliënttevredenheid

  • 8,5
  • 8,6
  • 8,6
  • -

Praktisch

  • Stuur door
  • Print
© 2021 - Alle rechten voorbehouden -
Navigatie overslaan
  • Disclaimer-
  • Colofon-
  • Login
 
rightIconFooter
payoff

het ongewoon goed doen